22 november 2010

Mama's en de papa's


Laten we starten met een foto van de Inga dam (vorige blog). Zie je Anco staan op de trap? Niet? Geen zorgen, er is niets mis met je ogen...hij valt nu eenmaal bijna weg tegen de grootste dam :)

Nu we onze vijfde week in Congo in zijn gegaan, beginnen we dieper over bepaalde zaken na te denken. In zowel positieve als minder positieve zin :)

Eén ding is zeker: Congo - als natie - heeft nog een lange weg te gaan. Terwijl ik dit tik hoor ik gezang op de achtergrond. Op dat vlak heeft Congo meerdere streepjes voor op Mali. De gemiddelde Congolees heeft een zangstem van hoog niveau. Met het daarbij behorende ritme :)

Qua economie en ontwikkeling daarentegen ligt Mali ver voor op Congo, hoe bizar dat soms ook klinkt. Mali behoort tenslotte ook tot de 10 armste landen van de wereld. De oorlog en jaren schrikbewind hebben veel stuk gemaakt, waardoor de wederopbouw maar niet op gang wil komen. Men blijft steken op het zogenaamde overlevingsniveau.

Zolang zaken op hoger niveau ook niet beter worden geregeld, zullen er weinig 'Westerse bedrijven' geld in de maatschappij willen pompen. Terwijl dat juist een impuls zou geven aan de economie en dus ook werkgelegenheid.

Bijna elke Congolees zou ook het liefst naar het buitenland willen, om of te studeren of te werken. Maar zo gemakkelijk is dat niet. Ook wonen er aardig wat Congoleze intellectuelen in het buitenland. Maar over terugkeren denken ze niet na, zolang er geen orde op zaken wordt gesteld.

En zo is de cirkel eigenlijk weer rond. Het stemt de gemiddelde Congolees treurig. Men heeft weinig zicht op verandering de komende (min) 10 jaar. Tenzij de verkiezingen volgend jaar een totale ommekeer brengen. Men hoopt en bidt hierop!

En dan de mama's en de papa's...Het trof me ineens dat ik het enigszins bijzonder - of moet ik zeggen bizar? - vind dat in een maatschappij waar zoveel wantrouwen en achterdocht is, men gewend is elkaar mama of papa [vul je naam maar in] te noemen.

Voor ons wel gunstig, kunnen we die dimensie ook eens aan onze naam toevoegen :) Maar toch! Het beeld van een mama of papa zou toch een heel andere sfeer moeten oproepen over het algemeen. Of wellicht denk ik teveel door en is het simpelweg de positie die je in de maatschappij bekleed. Wie zal het zeggen?

p.s.
Mijn oog viel op de Blog-titel "God komt nooit te laat"... Daar houd ik me aan vast, ook voor Congo.

12 november 2010

Energie(k)

We zijn inmiddels drie weken in Congo van de negen. Een dag loopt niet altijd als gepland. 'Dat is Congo', men leeft hier vanuit impulsen, een vaste structuur kent men vrijwel niet. Vergeleken bij Congo is het leven in Mali vrij gestructureerd :)

Zo zijn we bijvoorbeeld al een hele week bezig om een vergunning te krijgen voor ons bezoek aan de Inga dam (mogelijk) dit weekend. De Inga dam I en II voorzien Congo Kinshasa en Brazzaville, Zuid-Afrika van spanning / electriciteit. Ook zijn er grootse plannen met een uitbreiding van de dam met Inga III en Grand Inga. Genoeg potentie, al draait de dam nog lang niet op volle toeren (30% van de capaciteit is in gebruik) door ernstig gebrek aan onderhoud.

Het lijkt ons dus wel wat om dit grootste energiemonster eens met eigen ogen te bekijken. Zo gezegd, maar niet zo gedaan :) Om dit te kunnen hebben we permissie nodig van de baas van de nationale energiemaatschappij en de immigratiepolitie. Een simpel velletje papier met namen, handtekening en een stempel. Vrij reizen en bezichtigen is er dus niet bij !

Dat je de benodigde papieren hiervoor niet zomaar rondkrijgt, werd ons van de week wel duidelijk. Dan was chef a – die de papieren moest ondertekenen – er niet, de volgende dag chef b. Om moe van te worden. Je zou denken dat de vice-chef bij afwezigheid zijn krabbel wel mag zetten, maar ook dat is hier niet het geval !

Hierarchische structuren lopen dan ook als een rode draad door de Congolese maatschappij. Tot het niveau dat het de hele samenleving lam kan leggen. En of het ons op tijd gaat lukken om de papieren voor morgen rond te krijgen, dat is nog maar de vraag. Zo niet, dan accepteert men dat ook gelaten onder het mom van 'zo gaat dat nu eenmaal bij ons in Congo'.

We hebben dan ook met enige regelmaat gesprekken over het reilen en zeilen van de Congolese maatschappij. Want een ieder voelt toch wel de frustratie dat er zoveel voor handen is in Congo, maar het niet tot zijn volle recht / potentie komt. Men komt nauwelijks vooruit. Niet onbegrijpelijk in een samenleving waar niet gewerkt wordt volgens een bepaalde structuur. Of waar bepaalde structuren de vooruitgang juist belemmeren in plaats van stimuleren.

Al met al blijft het moeilijk grijpbare materie. Helemaal in een cultuur waar patronen, gewoonten en gedachten zo anders worden ingevuld dan bij ons. Rest ons niets dan de 'discussie' levend te houden en in de massa mee te gaan...zij het soms wel enigszins uit de pas :)

01 november 2010

I could only imagine...

Deze zin - weliswaar in een heel andere context gezongen - blijft in mijn hoofd rondzingen. Zo voelt het over het algemeen om in Congo te zijn. Anco en ik hadden vooraf geen idee in welk avontuur we ons precies begaven...

Het is bijna onbegonnen werk om Congo niet met Mali te vergelijken, het land dat we de laatste jaren beter hebben leren kennen. De verschillen worden zichtbaar in de (kleine) dingen van het dagelijks leven, maar vooral ook in de wijze waarop men hier in het leven staat.

Vooraf hadden we ons al afgevraagd wat 30 jaar schrikbewind en oorlog met de bevolking zou doen. Nu komen we daar beetje bij beetje achter. Men lacht hier zichtbaar minder en is veel meer op zichzelf. Het (soms tot in den treure) bij elkaar langsgaan in Mali kent men hier vrijwel niet. Men vertrouwt elkaar ook eigenlijk niet echt. Je bent altijd op je hoede en dat lees je ook in elkaars blik. Anco bestempelde de ogen als 'priemend', klaar om te exploderen.

Toch zijn er ook veel goede, positieve contacten, van dag tot dag. De kok van 70 die graag een praatje maakt en eigenlijk een wandelend geschiedenisboek is. De technische man, die graag met ons op pad gaat om dingen bij te leren. Of gewoon het contact op straat, omdat je de mensen met respect behandeld en probeert een glimlach op hun gezicht te toveren.

Op sommige momenten vind ik het lastig om me niet te focussen op de 'artistieke kant' van dit land / leven. Er komen zoveel mooie fotomomenten voorbij. Maar vrij fotograferen is er niet echt bij. Men schaamt zich voor de staat waarin het land verkeert. En de uitzichtloosheid van hun eigen situatie. Begrijpelijk...

Het leven – ons leven – op de grond van de bijbelschool is primitief, eenvoudig. De school ligt op een heuvel buiten de stad. Waterdruk is er nauwelijks, waardoor stromend water niet aanwezig is. Ook is de spanning laag (gemiddeld 90 – 140 V) – we zitten als school aan het einde van de lijn – waardoor na half zeven het actieve leven toch echt zo'n beetje ophoudt te bestaan. Ook de koelkast is niet meer. Hij is al drie keer gesneuveld.

Het kwik van de thermometer in Congo ligt gemiddeld lager dan in Mali. Maar...de luchtvochtigheid in Congo is daarentegen hoog. Het voelt dan ook klam aan en je kleren kleven voor je gevoel de hele dag aan je lijf. Niet echt fijn, maar na een week raken we er al enigszins aan gewend.

Ondanks dit alles is het goed om hier te zijn. En hopen en bidden we dat we een klein stukje aan de opbouw van een beter leven hier (op de bijbelschool) mogen bijdragen. Wat Congo vooral nodig heeft is hoop op een betere toekomst. Vertrouwen in God en in elkaar.