06 januari 2006

Nederlandsche Bank

Heb over onderstaand onderwerp geloof ik al eens vaker in een weblog geschreven. Is een continue les voor ons, sinds onze komst naar Bamako: een balans vinden in wat wel te 'lenen' en wat niet. En aan wie wel en aan wie niet. Toebabs, blanken, worden door de Afrikaan in het algemeen toch vaak gezien als de bodemloze geldput. En dan niet altijd in de goede zin van het woord.

De reden dat dit onderwerp weer boven komt drijven, is de leningaanvraag van een grote som geld - van iemand die we kennen. Zodra er iemand aan de poort komt met een brief in zijn handen, weet je vaak wel hoe laat het is. Een brief van Afrikanen is vaak gelijk aan een 'geldhulpaanvraag'.

Onze eerste Westerse reactie is: wat??!! Weer een aanvraag en dan nog wel voor zoveel geld. We zijn toch zeker Sinterklaas (of de Nederlansche Bank in het algemeen ;-) niet. 'k Heb dan ook expres het woord 'Westerse' toegevoegd. Jullie moeten namelijk begrijpen dat geldkwesties in de Afrikaanse cultuur heel anders worden bekeken en afgehandeld.

Zo is geld er om op te maken, niet om op te stapelen. De eerste geldhulpaanvraag die gemaakt wordt bij iemand gaat voor alle anderen. Ook is het geen schande om geld te lenen, het is onderdeel van de relatie. Wil je deze relatie goed houden, dan ben je bijna 'verplicht' iets met de hulpvraag te doen. Ook al geef je dan niet het hele bedrag, waarom gevraagd wordt.

Afrikanen zien een geldhulpaanvraag ook als investering voor de toekomst. Mocht de gever een keer in geldnood komen, dan weet hij of zij in ieder geval bij wie als eerste aan te kloppen. Maar goed, ingewikkeld blijft het wel. Vaak krijgen we dan ook als advies geen lening te geven, maar een bepaald bedrag (wat we ter beschikking hebben) te geven. Dan komen er ook geen scheve ogen als de welwillende lener het geld niet kan of 'vergeet' terug te betalen...

Maar ja, je wilt ook niet dat het beeld van de 'bodemloze geldput' altijd bevestigen, want dat is ook niet goed. Meerdere Afrikanen hebben sowieso moeite met budgetteren, het woord komt niet in hun vocabulaire voor. Je zoekt/verdient geld nodig voor één dag en dan zie je wel weer verder. Niet allemaal overigens, moet niet overdrijven. Maar dat is de overheersende gedachte.

Ook koop je als Afrikaan kleine porties eten in. Op die manier kun je met een oprecht/eerlijk hart zeggen dat je niet meer in huis hebt, wanneer er iemand aan de deur komt – een familielid of vriend - om van je voorraad mee te snoepen.

Nou, één vaste behandeling per aanvraag (zoals meer in Nederland) is er dus niet. Per situatie moeten de zaken worden gewogen. Niet makkelijk altijd, maar we komen er wel uit...Hartelijke groet vanuit een koud Bamako.


Geen opmerkingen: