20 januari 2005

Mens en dier

Een vriendin bracht me op een idee, toen zij in haar dagboek vanuit Afrika ook iets over het straatleven daar vertelde. Om zo iets over te brengen van de 'andere wereld' waarin je nu leeft, voor zover dit mogelijk is natuurlijk ;-)

Tijdens het reizen door Mali valt me één ding erg op als je auto's (of liever gezegd busjes) ziet langskomen. Namelijk het dierenleed in Mali. De Nederlandse dierenbescherming zou een drukke baan hebben hier in Mali....Vandaag bijvoorbeeld zagen we, ter ere van het feest van het schaap morgen, overal om ons heen schapen lopen, liggen, spartelen etc. Schapen worden namelijk op een voor ons bijzondere wijze vervoerd. Met hun poten bij elkaar gebonden, op het dak van een busje/auto. Gewoon omdat dat ook bagage is...

Onbegrijpelijk in een land als Nederland, maar niet meer dan noodzakelijk in Mali. Het land waar overleven iedere dag weer centraal staat en je je dus niet bekommert om de wijze waarop je eten wordt vervoerd. Alhoewel, da's niet helemaal waar, want de beesten moeten wel levend op de plaats van bestemming komen. Maar ja, wij hebben ze ook gezien toen ze van zo'n 'reisje op het dak' naar beneden werden gehaald. Ze waren toch echt meer dood dan levend.

Vandaag zagen we een ander voorbeeld van dierenleed. Wat dachten jullie van een haan ondersteboven hangend achterop een brommertje? Sja, je moet het eigenlijk zien om je mond open te laten gaan van verbazing. En Marc (Anco's broer) en Anco maar zeggen: dat dat beest niet meer herrie schopt. Waarschijnlijk dacht hij daar al lang niet meer over na, na een flinke rit ondersteboven.

Nog even terug naar het 'feest van het schaap'. Al die schapen op ons pad zette me wel aan het denken over de betekenis van dit Islamitische feest. Een korte uitleg:

In de laatste maand van het moslimjaar vieren moslims ‘Ied-al-adha’, het Offerfeest, dat ook wel ‘het grote feest’ of ‘feest van Ibrahim’ of ‘Schapenfeest’ wordt genoemd. Moslims vieren dit feest, bij voorkeur in Mekka, op de tiende dag van de twaalfde maand van de islamitische kalender, als onderdeel van de haddj (pelgrimstocht). Maar ook de thuisblijvers vieren het feest, waarbij ze deelnemen aan gezamenlijke gebedsdiensten. Als men het enigszins kan betalen, slacht men een offerdier, bij vookeur een schaap of een geit.

Met dit feest herdenkt men het grote offer dat van Ibrahim werd gevraagd, toen hij de opdracht kreeg het dierbaarste dat hij bezat, zijn enige zoon, te offeren. Het is een feest voor de hele moslim-gemeenschap, verspreid over de wereld, die zich solidair voelt met de pelgrims. Tegelijkertijd is het voor iedere moslim een uiting van zijn individuele geloofsbeleving.

De schapen die ten offer worden gebracht krijgen de dag ervoor, vandaag dus, goed te eten en te drinken. Ook worden ze gewassen indien dit mogelijk is. Om zo 'op hun mooist' ten offer te kunnen worden gebracht. Bij het lezen van deze betekenis worden we ook stilgezet bij het christendom, ons eigen geloof. Het verhaal over Abraham (Ibrahim) en de opdracht om zijn enige zoon te offeren vinden we ook terug in de bijbel. Al herdenken we deze gebeurtenis niet op de wijze waarop onze Moslimbroeders dit doen. Voor ons is Jezus, het Lam Gods, in de plaats gekomen voor (o.a.) het doen van allerlei 'offers'. Hij maakte de weg open tot God.

Geen opmerkingen: