Het bericht dat de container wellicht vandaag aankomt, kregen we onder ogen toen we in Koutiala waren. Hier waren we voor een conferentie en deels werk. Slechte combinatie in de praktijk overigens, omdat je – zodra je aan het werk gaat – niet meer (terug) naar de conferentie gaat. Om die reden leek het ons verstandiger om de eerste dag de conferentie te bezoeken en de tweede dag pas aan het werk te gaan.
Een bijzondere conferentie overigens, waar zo'n 300 Malinese dominees en hun vrouwen op af kwamen. Het onderwerp van wat men noemt “een College of Prayer” was het samen praten, samen bidden als Malinese man en vrouw. Iets wat bij ons heel normaal kan zijn, maar in een land als Mali zeker niet vanzelfsprekend is.
Wat mij persoonlijk heel erg aansprak was de eerlijkheid en openheid waarmee dingen bespreekbaar werden gemaakt. Zo gaf de nationale kerkpresident, Moïse Guindo, persoonlijk een getuigenis over een 'zwarte tijd' uit zijn huwelijk. Een tijd waarin zijn vrouw en hij niet samen praatten, en samen baden, voor zowel privézaken als werk.
Ook bracht het Amerikaanse (leiders)team bepaalde hindernissen naar voren die het samen bidden, samen praten in de weg stond. Eén daarvan was de Malinese cultuur. Een ander de culturele gedachte en gewoonten van de (eerste) zendelingen in Mali. Het is bijvoorbeeld in Mali niet gewoon dat man en vrouw samen aan tafel eten. Voor ons toch de plek om dingen te bespreken, die zich die dag hebben voorgedaan. In Mali eet de vrouw vaak apart met de kinderen.
Interessant vond ik de opmerking van het Amerikaanse team dat ook de culturele gewoonten van de (eerste) blanke zendelingen in de weg stonden. Om dit te visualiseren kwam een collega in de kring van mensen staan om vergeving te vragen voor datgene wat toendertijd uit goede wil is gedaan. Hierbij bijvoorbeeld denkend aan het stichten van de kerken met een eigen stijl van muziek en kerkorde.
Als reactie hierop kwam Moïse Guindo ook naar voren en vroeg vergeving voor datgene wat “de Malinese christenen” niet goed hadden gedaan. In het verleden heeft zich namelijk nogal wat spanning voorgedaan tussen kerk en missie. Vaak ging het hierbij om geld en/of kwaadsprekerij. Het niet willen luisteren en/of openstaan voor de ander.
Ook voor ons (Anco en mij) waren deze dagen belangrijk om weer eens stil te worden gezet bij de noodzaak van communicatie binnen een 'gezin'. Het is vaak zo makkelijk om het werk te doen, iedere dag weer, zonder al teveel (onbewust) met elkaar te communiceren. Stil te staan, voor elkaar te bidden.
Onze dominee in Mali en zijn vrouw waren er ook, en zijn zelfs met ons meegereden van Bamako naar Koutiala en terug. Ook hij gaf aan dat de conferentie waardevol was en dat we als westerlingen en Afrikanen elkaar moeten liefhebben, over de culturele barrières heen. Een heel mooi gegeven, niet altijd makkelijk uitvoerbaar in de praktijk! Toch ervoer ik dat wel degelijk tijdens de conferentie in Koutiala: de wederzijdse liefde voor elkaar!